Oriënteert u zich op de mogelijkheden tot verduurzaming van uw monument? Het verduurzamen van monumenten vraagt om een zorgvuldige aanpak. Een belangrijk onderdeel hiervan is een integraal verduurzamingsontwerp: een totaalplan waarbij u thema’s als isolatie, ventilatie, afgiftesystemen en duurzame energieopwekking op elkaar afstemt. 

Inzicht in de mogelijkheden

  • Om meer inzicht te krijgen in de mogelijkheden, kunt u de zelfscan duurzaam monument(externe link) invullen. Uit de zelfscan krijgt u bruikbare en makkelijk uit te voeren tips. 
  • Het is mogelijk om ter aanvulling en verdieping hierop een duurzaamheidsdadvies(externe link) aan te vragen. Dit wordt ook wel DuMo-advies genoemd (DUurzame MOnumenten).  
  • Er zijn drie soorten duurzaamheidsadviezen, namelijk een quickscan, een haalbaarheidsonderzoek en een maatwerkadvies. 
  • Voor zo’n advies is het mogelijk om een vergoeding(externe link) aan te vragen bij het Restauratiefonds. De vergoeding van het Restauratiefonds bedraagt 50% van het factuurbedrag, met een maximum van € 500,00 voor een quickscan en een maximum van € 1.000,00 voor een haalbaarheidsonderzoek of maatwerkadvies. Hierbij geldt de voorwaarde dat het is uitgevoerd door een erkende adviseur. 
  • Erkende DuMo adviseurs kunt u vinden op de website van het Restauratiefonds(externe link)
  • Een quickscan kan worden uitgevoerd door de Monumentenwacht Noord-Brabant, in de vorm van een keukentafelgesprek(externe link).

Het keukentafelgesprek (quickscan)

  • De monumentenwachter houdt een rondgang in het pand en aansluitend een keukentafelgesprek.
  • U krijgt advies over verbeteringen rondom energiebesparing en comfortverhoging, zonder de monumentale waarden te schaden. 
  • Ook krijgt u inzicht in de nadelige gevolgen van verkeerde maatregelen en/of aanpassingen. 
  • Het advies gaat onder meer over:  
    • Eenvoudige aanpassingen, zoals het dichten van kieren en naden, voordat grotere ingrepen worden overwogen. Vaak kunt u eenvoudige en snelle maatregelen uitvoeren tegen relatief lage kosten.
    • De thermische schil (ook wel de ‘jas’ van de woning): vloeren, daken, buitenmuren en beglazing. Waar is verbetering of toepassing van isolatie mogelijk en wat zijn de benodigde ventilatievoorzieningen?
    • Het aanwezige verwarmingssysteem. Van welk type is er sprake en wat is de leeftijd van bijvoorbeeld een cv-ketel?
  • De besproken maatregelen en adviezen worden vastgelegd in een beknopte rapportage. De rapportage wordt gekoppeld aan het meest recente bouwkundige inspectierapport. Mogelijk kunt u natuurlijke vervangings- en aanpassingsmomenten aangrijpen om gelijktijdig verduurzamingsmaatregelen te treffen. Denk hierbij aan het vervangen van dakbedekking of kozijnherstel.
  • De rapportage helpt in uw eerste gesprek met de gemeente over eventuele benodigde vergunningen. Hierover adviseert de Erfgoedcommissie (ook wel Monumentencommissie genoemd), die ook het DuMo-advies ontvangt.  
  • Het advies uit het keukentafelgesprek kan leiden tot de wens om een aantal maatregelen te laten onderzoeken, zoals de uitwerking en detaillering van isolerende beglazing met behoud van bestaande kozijnen. De monumentenwacht verwijst in dat geval door naar gespecialiseerde bedrijven binnen de erfgoedsector.

Vergunning

  • Een omgevingsvergunning voor onderhoud is niet nodig, wanneer het ontwerp, materiaal, de detaillering, profilering en kleur gelijk blijven. In andere situaties is een omgevingsvergunning nodig. Zo ook voor het plaatsen van zonnepanelen. Daarover leest u onderaan deze pagina meer informatie.
  • Bij twijfel of een vergunning nodig is voor aanpassingen, neemt u contact op met de gemeente. Een vooroverleg met de Erfgoedcommissie kan u mogelijk duidelijkheid geven. 
  • Ook over vergunningsvrije wijzigingen kan de gemeente een advies vragen aan de Erfgoedcommissie. Dit wordt altijd toegepast bij aanvraag van gemeentelijke subsidies. 

Zonnepanelen op monumenten en in beschermde dorpsgezichten

  • Het plaatsen van zonnepanelen op monumentale gebouwen heeft gevolgen voor de constructie van het monument, de opbouw en het aanzicht. Daarom heeft u een vergunning nodig. Dat geldt ook voor gebouwen in beschermde dorpsgezichten (ook als het geen monumentaal gebouw is).
  • U kunt een vergunning krijgen voor het plaatsen van zonnepanelen uit het zicht, bijvoorbeeld op bijgebouwen, op het achtererf of op het dak aan de achterzijde van het gebouw. Voor plaatsing van zonnepanelen in het zicht, stellen we een aantal voorwaarden:
    • Het belangrijkste criterium vormt de mate waarin het beeld van het monument wordt verstoord. De zonnepanelen mogen geen waardevolle onderdelen van het monument aantasten. Daarnaast is het belangrijk dat u ze zorgvuldig op het dak laat plaatsen.
    • U levert een zorgvuldig afgewogen ontwerp aan. Er mag geen sprake zijn van onevenredige visuele verstoringen. Hieronder lichten we deze voorwaarde toe.
  • Randvoorwaarden:
    • U heeft alternatieven ergens anders op het perceel of uit het zicht afgewogen. Deze leveren geen rendabele installatie op.
    • De energieopwekking is alleen bedoeld voor uw eigen (monumentale) pand.
    • U mag geen cultuurhistorisch, waardevol groen kappen om schaduw weg te nemen.
    • U levert een zorgvuldig ontworpen plan voor het plaatsen van de zonnepanelen. Hiermee kunt u laten zien dat er geen sprake is van een onevenredige visuele verstoring van uw monument of zijn omgeving.
      Dit blijkt onder meer uit:
      1. Historische onderdelen, zoals schoorstenen en dakkapellen, blijven behouden.
      2. De panelen legt u in een rechthoekige indeling, passend bij de vorm van het dak.
      3. De kleur van de panelen stemt u af op de aard en kleur van het dak. 
      4. Het verhogen van de opbrengst (door het aantal panelen of de keuze van het dakvlak) mag niet ten koste gaan van de monumentale waarden.
  • Het college van B&W besluit of u een vergunning krijgt. De Erfgoedcommissie adviseert en beoordeelt of de richtlijnen goed zijn toegepast.
  • Als u zich niet houdt aan de vergunning, dan kunnen wij hierop handhaven. Dat betekent dat u de aanleg moet wijzigen zoals in de vergunning staat. Ook kunt u ervoor kiezen om de oorspronkelijke situatie terug te brengen (op eigen kosten). Als u nog geen vergunning had, dan kunt u die alsnog aanvragen. 
  • Kijk voor meer informatie over het aanvragen van een Omgevingsvergunning op onze website. U kunt ook telefonisch contact met ons opnemen.

Zonnepanelen op een ander dak

Er zijn ook andere mogelijkheden om gebruik te maken van zonneenergie.

  • Er is vaak een mogelijkheid om via een energiecoöperatie gebruik te maken van elektriciteit die in de buurt wordt opgewekt. 
  • In de gemeente Oirschot wordt in 2023 zonnepark Kriekampen(externe link) aangelegd. Eigenaren van monumenten wordt geadviseerd aan zo’n project deel te nemen. Neem een kijkje op www.kempenstroom.nl(externe link) voor de projecten in de Kempen.

Vensterisolatie 

Historische gebouwen zijn oorspronkelijk gebouwd met ramen met enkelglas. Enkelglas is slechts 3 à 4 mm dik. Ter vergelijking: HR++ glas heeft 6 keer deze dikte! Isolatieglas past daarom niet zomaar in een historisch raam. Om ervoor te zorgen dat er minder warmte verloren gaat en onaangename tochtstromen verdwijnen, kunt u toch maatregelen treffen. De oplossing is maatwerk. Een aantal mogelijkheden vindt u in de brochure Historische vensters isoleren(externe link)

Wat gebeurt er als het aanwezige glas van monumentale waarde is?

  • De Erfgoedcommissie maakt de afweging. Ze zijn meestal voorstander van behoud van het originele glas. De eigenaar kan als alternatief achterzetbeglazing aanbrengen of isolerende glasfolie. Handmatig gemaakt glas (zoals cilinderglas) en het eerste machinale glas (zoals getrokken glas) zijn te bijzonder om te vervangen door isolerende glassoorten. Een achterzetraam spaart dan niet alleen het bijzondere glas, maar de isolatiewaarde is ook nog eens heel goed. Een dikke plus voor het monument én het milieu.   
  • Een aantal duurzame keuzes is voor monumenten vaak niet mogelijk, zoals het plaatsen van bestaand HR ++ glas. Dat is doorgaans zo’n 20 tot 25 mm dik en past daardoor niet in monumentale ramen en kozijnen. 
  • Als het hout van het raam of kozijn ook nog eens oud is, dan is de Erfgoedcommissie geen voorstander van het vervangen ervan. Niet alleen omdat het historisch materiaal is, maar ook omdat naaldhout van voor ongeveer 1920 van nature veel schimmelwerender is dan het hout van nu.

Subsidie en financiering

  • Vanuit de Rijksoverheid bestaat er een subsidie voor de verduurzaming van panden, namelijk de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE). Deze is alleen niet specifiek voor monumenten bedoeld. Daardoor kan het zijn dat uw pand niet aan de gestelde isolatiewaarden kan voldoen. Kijk voor meer informatie op de website van Rijksoverheid(externe link).
  • De gemeente Oirschot heeft een subsidieverordening(externe link) voor instandhouding van gemeentelijke monumenten. Daarin is de mogelijkheid opgenomen subsidie te krijgen voor verduurzaming. Het aanvraagformulier vindt u op de website van de gemeente Oirschot.
  • Als u financiering nodig heeft voor verduurzamingswerkzaamheden aan uw rijksmonument, dan kunt u gebruikmaken van de Duurzame Monumenten-Lening(externe link) van het Restauratiefonds.
  • Als u financiering nodig heeft voor verduurzamingswerkzaamheden aan uw gemeentelijke monument, dan kunt u in sommige gevallen gebruikmaken van de Cultuurfondshypotheek(externe link) van het Restauratiefonds. De Cultuurfondshypotheek is een lening met een lage rente voor ‘niet-rijksmonumenten’: gemeentelijke monument, karakteristiek pand, aangewezen in een bestemmingsplan, beeldbepalend pand in beschermd stads- of dorpsgezicht, of een ander door de overheid beschermd pand.
  • Ook de provincie Noord-Brabant helpt monumenteigenaren met verduurzamen. Bekijk www.duurzamemonumentenbrabant.nl(externe link) voor meer informatie